Veel mensen hadden er in 2015 bij de decentralisaties van de jeugdzorg, WMO en participatiewet een hard hoofd in: komt het wel goed? Op zich was die angst niet vreemd. De decentralisaties gingen gepaard met enorme bezuinigingen. Sommigen verwachtten dat marktwerking zou leiden tot kostenbesparing en kwaliteitsverbetering. Dat is niet gebeurd.
Met veel pijn en moeite zijn de gemeenten er in geslaagd de zorg voor kinderen en ouderen op peil te houden. Maar de financiële rek is er inmiddels wel uit. In plaats dat het Rijk in deze economisch gouden tijden met voldoende extra geld over de brug komt, houdt minister Hoekstra de hand op de knip. Sterker, het kabinet verergert met verkeerde maatregelen de problemen juist. Met de invoering van abonnementstarief van € 17,50 in de WMO zadelen ze gemeenten op met een explosie van de hulpvraag. Waar gemeenten eerst zelf een inkomensafhankelijke eigen bijdrage konden vragen, kunnen straks ook vermogende ouderen goedkope huishoudelijke hulp via de gemeente aanvragen.
Ook de solidariteit tussen gemeenten wordt op de proef gesteld. Niet elke gemeente heeft bijvoorbeeld woonvormen voor ernstig gehandicapte kinderen. Veel taken in de jeugdzorg worden regionaal ingekocht en overschrijdingen gedeeld, maar steeds meer gemeenten kijken elkaar met scheve ogen aan. Zeker als de reserves op zijn en er bezuinigd moet worden.
Voor inwoners is dit niet te volgen. Het Rijk heeft in 2018 € 11 miljard niet uitgegeven. Waarom staan kinderen in de ene gemeente een half jaar op een wachtlijst, terwijl ze in de andere snel geholpen worden? Het kan niet zo zijn dat gemeenten worden afgescheept met € 350 miljoen, terwijl alleen al in de jeugdzorg € 1,2 miljard nodig is. Een schijntje, een druppel op de gloeiende plaat. Wanneer je de tekorten in de WMO en de participatiewet erbij optelt en je op een totaal van zo’n € 2 miljard uitkomt, is het zelfs een belediging.
Het is onverstandig om de jeugdzorg ‘terug te geven’ aan Rijk of provincie. Dat lost niets op en zal alleen maar tot onrust leiden onder de mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben. Nee, het Rijk zal de lokale overheid nu eindelijk eens serieus moeten nemen. Niet met nog meer actieplannen, maar met een fatsoenlijk budget. € 2 miljard is er nodig. Veel geld, maar het is nog steeds € 9 miljard minder dan de € 11 miljard die het kabinet in 2018 niet heeft uitgegeven.
PvdA-fractievoorzitters
Terschelling – Christa Oosterbaan
Heerenveen – Wanda Ottens
De Fryske Marren – Wietze de Haan
Opsterland – Roel Vogelzang
Ooststellingwerf – Simon ter Heide
Súdwest-Fryslân – Johan Feenstra
Smallingerland – Anton Pieters
Statenfractie – Hetty Janssen
Harlingen – Edwin Helvrich
Ameland – Irma Marinus
Achtkarspelen – Theun Nicolai
Tytjerksteradiel – Saskia van der Werf
Noardeast-Fryslân – Gryte Schaafstal
Leeuwarden – Lutz Jacobi
Hetty Janssen
Statenlid
Woordvoerder Landbouw, Natuur & Water