‘De provincie is niet in control’ oordeelde Klaas Zwart tijdens het debat over de bestuursrapportage in Provinciale Staten op 25 september. En dat is dit jaar niet voor het eerst: ‘Dit lijkt helaas een chronisch proces bij onze provincie.’
Via de bestuursrapportage controleert Provinciale Staten ongeveer halverwege het jaar hoe het staat met de begroting: worden de uitgaven die gepland staan voor dit jaar ook gedaan? En worden de afgesproken doelen en resultaten die daarbij horen gehaald?
Nee dus: we schuiven dit jaar ongeveer €120 miljoen door naar de komende jaren. Dat betekent ook dat veel doelen niet op tijd worden gehaald, zoals in het weidevogelbeleid en de veenweidevisie.
Zwart wilde daarom ook van gedeputeerde Eke Folkerts (BBB) weten wat zij gaat doen om weer grip te krijgen op de begroting. ‘Dit gaat verder dan het vermogen om onze uitgaven goed te voorspellen. Dit gaat over het nakomen van afspraken en de betrouwbaarheid van de provincie’, aldus Zwart.
Als een belangrijke oorzaak van het niet halen van onze doelen wordt het personeelstekort genoemd. Dat is begrijpelijk door de krappe arbeidsmarkt, maar nog steeds wel een probleem omdat hierdoor onze dienstverlening fors onder drukt komt te staan. Dat heeft ook gevolgen voor onze inwoners, onze economie en onze natuur. Daarom wil de PvdA een meerjarenstrategie om te voorkomen dat de dienstverlening van de provincie en de uitvoering van provinciaal beleid structureel onder druk komt te staan.
Onveiligheid en ontevredenheid personeel
De afgelopen tijd tonen een onderzoek onder medewerkers en een LC-bericht aan dat er sprake is van grote ontevredenheid en soms zelfs een gevoel van onveiligheid onder ambtenaren van de provincie. Woordvoerder Jaap Stalenburg zei hierover in het debat: ‘Wij kunnen niet meer doen dan onze zorg uitspreken en erop aandringen dat hier snel en adequaat wordt doorgepakt. Wat ons betreft heeft een veilig provinciehuis voor de medewerkers een hoge prioriteit voor Gedeputeerde Staten en de directie.’
Provinciale Staten staat buiten deze relatie van werkgever-werknemer, maar Stalenburg uitte wel zijn zorgen over de dienstverlening en de effectiviteit van de provincie. Hij vroeg om een brief met concrete verbeterstappen en een reflectie op de externe klachten over stroperige processen, moeizame subsidierelaties en wat de gevolgen zijn van de huidige onrust.